De academische loopbaan van de Leidse student is een terugkerend onderwerp op de almanakprenten. In 1874 verscheen los bij de almanak een prent met precies dat thema, maar dan in de vorm van een ganzenbord: ‘Het vermakelijk academiesch bullenspel’. Het was niet ongebruikelijk dat het ganzenbord werd ingezet voor reclamedoeleinden of gebruikt voor het aansnijden van maatschappelijke thema’s. Waarschijnlijk was het de bedoeling dat het spel ook daadwerkelijk gespeeld kon worden.

Op de vier hoeken van de prent zijn verschillende studententypen te zien: de filosoof, de levensgenieter, de sportieveling en de dandy. Het bord zelf bestaat uit 38 vakjes waarbij om de één of twee vakjes een klein tafereel is te zien uit het Leidse studentenleven. Zo verbeelden de eerste twee vakjes het verlaten van het gymnasium en het begin van de studie (wederom de trap van het academiegebouw). Uiteraard is er aandacht voor het verenigingsleven – met een spelletje kaart op de Sociëteit Minerva op vakje 7 – maar ook voor de studie – met het behalen van de propedeuse op vakje 18 en de toelating tot het examen op vakje 23. Tegen het einde van het spel wordt uiteraard het afstuderen verbeeld, met op vakje 37 de student in de koets op weg naar zijn promotiepartij en op het laatste vakje het einde van het feest.