Onderweg naar Van Heutsz

Begin 1903 geeft sultan Mohammad Daoed zich aan de Nederlandse autoriteiten over. Gouverneur Van Heutsz geeft de sultan alle eer en belooft hem een maandelijkse toelage van 1.000 gulden. Snouck is woedend over het handelen van Van Heutsz: met de onbelangrijke sultan moeten de Nederlanders zich immers niet inlaten. Als Van Heutsz in 1904 benoemd wordt tot gouverneur-generaal van Nederlands-Indië vindt Snouck steeds minder voldoening in zijn werk. In maart 1906 vertrekt hij naar Nederland.

Sultan Mohammad Daoed in gezelschap van majoor K. van der Maaten onderweg naar gouverneur Van Heutsz om te Koetaradja zijn onderwerping aan het Nederlandse Gouvernement aan te bieden, 1903, inv.nr. KITLV 53441, in album KITLV A4