In de middag van vrijdag 26 juni 1936 overlijdt Snouck in zijn huis aan het Rapenburg is Leiden. Het overlijden wordt op zijn verzoek stilgehouden. Hij wil ook in alle stilte begraven worden. Dit gebeurt op maandag 29 juni in alle vroegte op Begraafplaats Groenesteeg in Leiden. Nog voordat het zeven uur is, wordt hij bij zijn moeder en zijn zussen Catootje en Jacqueline in het familiegraf gelegd. In Cheribon krijgen Snoucks tweede vrouw Buah en haar zoon Joesoef het bericht van zijn overlijden. Buah is erdoor aangeslagen. Zo zijn er op twee plaatsen in de wereld twee weduwen die elk op hun eigen wijze treuren om Snoucks overlijden.
W. van den Doel, Laatste rustplaats van Snouck, begraafplaats Groenesteeg, Leiden, collectie W. van den Doel.