Het oudste commentaar op Cicero's speeches dat we kennen werd geschreven door Asconius Pedianus. Het komt uit 55 n.C., een kleine eeuw na Cicero’s dood. Het gaat vooral in op de historische achtergrond van de redevoeringen. Uit de tekst van Asconius kunnen we concluderen dat de gebeurtenissen van het einde van de Republiek honderd jaar later niet meer bij iedereen bekend waren. Dit Leidse afschrift is een prachtig humanistisch manuscript dat in Italië in de vijftiende eeuw vervaardigd werd. Het is niet verrassend dat het Leidse manuscript een humanistisch handschrift is. De tekst was in de middeleeuwen zo goed als onbekend en werd pas 1416 door de Italiaanse humanist Poggio Bracciolini in de kloosterbibliotheek van Sankt Gallen teruggevonden. Het (waarschijnlijk karolingische) manuscript dat Poggio terugvond, is ondertussen weer verloren gegaan. Het Leidse manuscript is een van de vele afschriften die (via via) teruggaan op het exemplaar dat Poggio voor zichzelf liet maken. Poggio’s originele afschrift is trouwens wel bewaard en ligt vandaag de dag in Madrid.