In 80 v.Chr., op 26-jarige leeftijd, verdedigde Cicero de jonge Sextus Roscius, een boerenzoon uit kleine stadje Ameria, die beschuldigd werd zijn vader te hebben vermoord. De zaak werd zeer bekend. Cicero kon namelijk hardmaken dat niet Roscius zijn vader had gedood, maar familieleden van Roscius gepleegd was en door een vrijgelaten slaaf en vriendje van Publius Cornelius Sulla werd gesteund; de bende had het doel om goedkoop de landgoederen van de vermoorde Roscius op te kopen.
De scholia op de speech zijn bekend geworden om twee redenen. Ten eerste legt de commentator ons een heel zeldzaam begrip uit. Op een bepaald moment, wanneer Cicero het decadente luxeleven van Sulla’s vrijgelatene beschrijft, noemt hij een voorwerp dat hij bezat: een authepsa (het woord is een Grieks leenwoord en betekent letterlijk ‘zelfkoker’). Het woord komt behalve hier maar een andere keer in de Latijnse literatuur voor, in een laat-antieke levensbeschrijving van keizer Heliogabalus. Maar uit allebei teksten is niet duidelijk wat het precies voor soort voorwerp is. Gelukkig helpt ons de commentator in de Leidse scholia verder.
Het lemma luidt als volgt in het Leidse manuscript:
aut ipsa illa quam tanto pretio: aut thepsavus aquarium quod interiecta lammina fabricatis arte fornacibus compendium portat, portati simul ignis, contrarii elementi, defensa vicinitas.
Letterlijk vertaald komt er een moeilijk te begrijpen tekst uit:
“of even deze [zaak] die voor een zo grote prijs”: of een water thepsavus dat met een schijf ertussen en met ovens (gemaakt met veel kunstvaardigheid) een etensvoorraad draagt, wat het mogelijk maakt dat het daarbij gedragen vuur, het tegenovergestelde element, dichtbij kan zijn.
De monnik die het handschrift in de negende eeuw in Tours overschreef, begreep het woord authepsa zelf blijkbaar ook niet meer. Hij schrijft namelijk twee keer iets anders, en beide versies zijn verkeerd: eerst staat er i.p.v. authepsa illa quam tanto pretio (het letterlijke citaat uit Cicero’s speech) het onbegrijpelijke aut ipsa illa (“of even deze [zaak]”), en direct daarna legt hij het uit als aut thepsavus (“of een thepsavus” - een niet bestaand woord). Een gebruiker van het manuscript uit de 10de eeuw kende het juiste woord blijkbaar ook niet en zette thepsavus als een aantekening in de marge; een veel latere lezer (uit de Renaissance), die Grieks kende en het woord daarom begreep, verbeterde deze randnotitie (aut thepsavus) dan in authepsa vas aquarium [dus: authepsa is een waterpot] - zo staat het nu ook in de moderne editie van de scholia.